Een nieuw raamwerk voor alle opleidingen en trainingen: NLQF

Een nieuw raamwerk voor alle opleidingen en trainingen: NLQF

Wat een hoop mensen waren er afgekomen op de startconferentie van het NLQF! Ik was eigenlijk wel verbaasd. Ten eerste, die naam!  NLQF, kan het erger?  Maar verder: een raamwerk uit Europa dat nu een Nederlandse invulling krijgt, is dat niet een ‘ver van mijn bed-show’ voor veel mensen? Blijkbaar niet. Er was flink op de tam tam geroerd en opleidingscollega’s uit het reguliere onderwijs en private opleiders waren goed vertegenwoordigd.

Een goede zaak, dat NLQF?

 


NLQF

NLQF staat voor NetherLands Qualification Framework. Het biedt een nieuw kader om opleidingen inzichtelijk en vergelijkbaar maken. Het is nu mogelijk om het niveau van opleidingen van zowel publieke als private aanbieders te vergelijken. Alle reguliere opleidingen van de publieke sector zijn in één keer in de NLQF niveaus geplaatst. Zo staat NLQF-niveau 4 bijvoorbeeld gelijk aan havo en NLQF-niveau 7 aan een Master. Echt nieuw is dat nu ook opleidingen in de private sector, de mogelijkheid hebben om zich in te laten schalen in een van de niveaus van het NLQF. Het Nationaal Coordinatiepunt (NCP) NLQF is verantwoordelijk voor deze inschaling.


Acht niveaus

Frans Leijnse, als voorzitter van de adviescommissie NLQF hield een helder verhaal en gaf een mooie doorkijk over wat dit nieuwe raamwerk kan gaan betekenen. De acht niveaus in het raamwerk bieden de mogelijkheid om de veelheid aan bij- en nascholing en hun diploma’s en certificaten in een onderling verband te brengen. Goed voor een Leven Lang Leren. Want als werknemer kies je bijna altijd voor non-formeel onderwijs om je verder te bekwamen. Jaarlijks volgen 1,2 miljoen mensen zo’n opleiding. Dit raamwerk biedt de mogelijkheid om het kennis- of vaardigheidsniveau van elke opleiding inzichtelijk te maken. Zodat ook dat non-formeel leren kan leiden tot meetbaar resultaat.


Leerresultaten

OK, dat klinkt mooi allemaal. Maar hoe gaat dat dan in zijn werk? Het NLQF bevat geen opleidingen, maar kwalificaties. De niveaus worden vastgesteld aan de hand van beschrijvingen van wat iemand weet en kan na voltooiing van het leerproces, waar dan ook doorlopen. Deze beschrijvingen van de niveaus van kennis, competenties en vaardigheden worden leerresultaten genoemd. Interessant is dat die kwalificaties ‘leerwegneutraal’ zijn. Het gaat dus niet (alleen) over opleidingen. Net als met EVC worden andere leerwegen benadrukt met NLQF dan de formele opleidingen. Je kunt een ‘leerresultaat’ dus ook behalen door het volgen van cursussen in combinatie met  leren in de praktijk. Het gaat tenslotte om (de toetsing van) de leerresultaten, los van hoe je die hebt verworven.


Mobiliteit vergroten

Doel is om binnen Europa gemakkelijker te kunnen vergelijken en een poging om de mobiliteit te vergroten. Door koppeling van NLQF aan het Europees Kwalificatieraamwerk (EQF) kunnen Nederlandse opleidingen qua niveau ook worden vergeleken met opleidingen in een 30-tal andere Europese landen. Een secretaresse uit Nederland kan zo in Spanje laten zien op welk NLQF- en EQF-niveau zij is gekwalificeerd.

Kortom: opleidingen en individuele kwalificaties kunnen op deze manier internationaal eenvoudig met elkaar
vergeleken worden. Daarom ook was de ondertitel van de conferentie ‘voor de stimulering van de arbeidsmobiliteit’. En nee, dit is zeker geen ‘ver van mijn bed-show’. De opleidingsmarkt is allang internationaal, werd gezegd. De Poolse medewerker die zijn opleiding willen laten erkennen, de Nederlandse MBO’er die naar een community college wil in de V.S., het is allemaal al de werkelijkheid van vandaag.
De arbeidsmarkt in crisistijd verandert wel heel snel. Loopbaanbeleid moet verder opgebouwd worden in Nederland. NLQF kan helpen bij de ‘trek omhoog’. Opleiding is de beste waarborg tegen werkloosheid. Heel belangrijk, met name voor laagopgeleiden.


Verwachte effecten

Welke effecten kunnen we in Nederland verwachten? Frans Leijnse schetste er een aantal. De kwaliteit en de objectiviteit van toetsing en examinering wordt belangrijker. Het vastleggen van leerprestaties in diploma’s en certificaten is noodzakelijk. Maar die diploma’s/certificaten komen zelfstandiger, losser te staan ten opzichte van de opleiding. Er zal meer aandacht komen voor een variatie van leerwegen en de inbouw van EVC naast opleidingen. En er zal met meer nuance en ‘nieuwe ogen’ gekeken worden naar cursussen en trainingen van de commerciële aanbieders.


Kanttekeningen

Vanuit de zaal kwam een kritisch geluid. Waarom een minimumgrens van 400 uur studiebelasting trekken bij de inschaling voor kwalificaties?  Sluit het NLQF ‘korte’ kwalificaties met een bewezen arbeidsmarkteffect uit?  En ook: zorg dat dit geen ‘opleidingsfeestje’ wordt. Betrek en overtuig werkgevers!
Juist als zij erom gaan vragen, kan dit gaan werken.
En daar ben ik weer helemaal van overtuigd: als dit raamwerk z’n werk op de arbeidsmarkt wil doen, en die brug gaat slaan tussen onderwijs en arbeidsmarkt, dan is er nog veel missiewerk te
doen richting bedrijven en sectoren om het vliegwiel te laten draaien. Maar, werd gezegd, zo’n raamwerk goed invoeren, dat kost wel tien jaar…

Meer informatie: NLFQ

112 Comments